- CAO-stijgingen bij subsidiepartners met personeel (o.a. Vitis en JGZ) en GGD/VT leiden tot een hogere vraag naar subsidie of een hogere bijdrage aan de GR. Ditzelfde geldt voor de inflatie.
- De Brede Specifieke Uitkering (ten behoeve van Gezond en Actief Leven Akkoord en combinatiefunctionarissen) wordt voor de jaren 2024 t/m 2026 alleen uitgekeerd als het Integraal Plan van Aanpak Brede Specifieke Uitkering dat 30 september 2023 is ingediend, akkoord wordt bevonden door het Ministerie van VWS via DUS-i.
- Een deel van de budgetten van de Brede Specifieke Uitkering Gezond en Actief Leven Akkoord en combinatiefunctionarissen loopt af na 2025 en de rest na 2026. Het is nog onzeker of de budgetten daarna hetzelfde blijven.
- Voor een aantal onderwerpen uit het Gezond en Actief Leven Akkoord is niet duidelijk wat het precies gaat kosten. Wel staat vast hoeveel middelen we via een Specifieke Uitkering ontvangen (bijvoorbeeld de inzet van een centrale zorgverlener voor kinderen met overgewicht of risico hierop).
- De gevolgen van corona zorgen voor een stijging van problemen, zeker ook bij jongeren. Dit vergroot het risico op uitval op school.
- De arbeidsmarktproblematiek kan ertoe leiden dat partners (maar ook de gemeente) functies niet kunnen invullen. Hierdoor kunnen ze bepaalde taken niet of niet volledig uitvoeren. Door het grote aantal vacatures ten opzichte van werkzoekenden zien we ook meer jongeren die voortijdig van school gaan.
- Onduidelijkheid van het aantal statushouders dat naar gemeenten toekomt en waarvoor we huisvesting en inburgering moten regelen.
- Ten slotte kunnen politieke ontwikkelingen ook voor een factor van onzekerheid in 2025 zorgen. De uitwerking van de koers van het nieuwe Kabinet Schoof is op vele fronten nog onduidelijk. Ook is onzeker hoe het Kabinet omgaat met in gang gezette wet- en regelgeving, waar nog geen besluitvorming over is geweest. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld het abonnementstarief Wmo, jeugdhulp en de mediawet.
Begroting 2025
Begroting (test Bjorn)