Ga naar de inhoud van deze pagina.
Begroting 2025 Begroting (test Bjorn)

Overzicht algemene dekkingsmiddelen

Algemene dekkingsmiddelen zijn inkomsten die vrij besteedbaar zijn, omdat ze geen specifiek bestedingsdoel hebben. De belangrijkste onderdelen hiervan zijn:

  • Algemene uitkering uit het gemeentefonds;
  • Lokale belastingen (onroerende zaakbelasting, toeristen- en forensenbelasting);
  • Rente en dividend van geldleningen en deelnemingen.

In de onderstaande tabel zijn de ramingen opgenomen van de algemene dekkingsmiddelen.

(bedragen x € 1.000)

Overzicht algemene dekkingsmiddelen

Raming 2025

Raming 2026

Raming 2027

Raming 2028

Geldleningen en deelnemingen





Dividend nutsbedrijven

7.713

7.713

7.713

7.713

Beleggingen/deelnemingen

375

375

375

375

Renteresultaat

1.665

1.784

1.269

2.502

Subtotaal geldleningen en deelnemingen

9.753

9.872

9.357

10.590






Algemene uitkering uit het gemeentefonds

215.203

200.685

201.337

201.866






Onroerende zaakbelastingen





OZB eigenaren niet-woning

13.764

14.780

15.834

16.930

OZB eigenaren woning

17.498

18.826

20.205

21.639

OZB gebruikers niet-woning

8.972

9.636

10.326

11.043

Subtotaal onroerende zaakbelastingen

40.234

43.242

46.365

49.612






Overige belastingen





Toeristenbelasting

318

318

318

318

Forensenbelasting

99

99

99

99

Subtotaal overige belastingen

417

417

417

417






Overige algemene dekkingsmiddelen

8.826

3.833

4.155

4.155






Totaal algemene dekkingsmiddelen

274.433

258.049

261.631

266.640


Geldleningen en deelnemingen

De baten uit hoofde van leningen en beleggingen bestaan uit de het renteresultaat en uit dividenden.

De dividendopbrengst van de nutsbedrijven bestaan uit dividenden van Evides (circa € 0,7 mln.) en van JUVA. JUVA staat voor een grote investeringsopgave de komende jaren, om de energietransitie mede vorm te geven. Daarnaast worden de resultaten van JUVA beïnvloed door de grilligheid van de energieprijzen. De mogelijkheden voor het uitkeren van positieve resultaten worden begrensd door de financiële randvoorwaarden die de ACM en de financiers aan de organisatie stellen. Op basis van de meest realistische verwachtingen is de dividenduitkering 2023 en de jaren erna bijgesteld naar € 7,0 mln. Dit sluit aan met de inschatting van JUVA ten aanzien van de ontwikkeling van de verwachte nettowinst. Wij volgen verdere ontwikkelingen nauwlettend.

De dividenduitkering uit aandelen BNG is voor 2025 en verder geraamd op € 375.000.

Voor het renteresultaat verwijzen wij u naar de paragraaf Financiering.

Algemene uitkering uit het gemeentefonds

Via het gemeentefonds krijgen gemeenten geld van de Rijksoverheid. Het gemeentefonds biedt dekking voor een deel van de uitgaven in de programma’s van de begroting. De Rijksoverheid informeert de gemeenten over de omvang en verdeling van het gemeentefonds. Dit doet zij via circulaires in mei, september en december. De inhoud van de meicirculaire 2024 voor Westland is verwerkt in de meerjarenbegroting. Hierdoor is de laatst bekende stand van het gemeentefonds in de begroting opgenomen. .

Accresontwikkeling gemeentefonds

De omvang van de algemene uitkering beweegt mee met de rijksuitgaven. Extra uitgaven en bezuinigingen hebben direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. Het gemeentefonds krimpt of groeit mee met de rijksuitgaven. Deze beweging heet accres.

In de meicirculaire zijn verschillende mutaties verwerkt ten aanzien van het accres 2024-2028. Hierin is het schrappen van de oploop opschalingskorting verwerkt, maar ook een uitname uit het accres in 2025. Die uitname heeft te maken met het vervroegen van de nieuwe financieringssystematiek. Dit betekent dat de koppeling van het accres aan de ontwikkeling van het bruto binnenlands product (bbp) per 2024 al is ingevoerd. Deze eerdere invoering is voor 2024 volledig gecompenseerd, maar wordt vanaf 2025 slechts gedeeltelijk gecompenseerd. Daarnaast is ook de loon- en prijspeilontwikkeling geactualiseerd op basis van het Centraal Economisch Plan 2024.

Onroerende zaakbelastingen en overige belastingen

Voor een toelichting verwijzen wij u naar de paragraaf lokale heffingen.

Overige algemene dekkingsmiddelen

In dit onderdeel worden begroting opgenomen, die in eerste instantie niet over de programma’s te verdelen zijn. De concernstelposten maken deel uit van de overige algemene dekkingsmiddelen. De stelposten worden verdeeld naar de programma’s nadat een besluit is genomen over concrete bestedings- of bezuinigingsvoorstellen. In de onderstaande tabel zijn de overige algemene dekkingsmiddelen opgenomen.

(bedragen x € 1.000)

Overzicht overige algemene dekkingsmiddelen

Raming 2025

Raming 2026

Raming 2027

Raming 2028

Algemeen





Post onvoorzien

100

100

100

100

Loon- en prijscompensatie

9.634

9.634

9.634

9.634

Stelpost garantiebanen

277

277

277

277

Stelpost uitkering plafond BCF

-1.185

-1.185

-1.185

-1.185

Stelpost Sociaal domein/Jeugd

0

-4.993

-4.671

-4.671

Totaal overige algemene dekkingsmiddelen

8.826

3.833

4.155

4.155


Post onvoorzien

Voor de post onvoorzien nemen we jaarlijks een bedrag op van € 100.000. Deze post spreken we alleen aan voor zaken die onvoorzien, onvermijdbaar en nodig zijn. Het college van B&W is bevoegd om de post onvoorzien aan te wenden voor uitgaven met een incidenteel karakter op grond van de Financiële verordening gemeente Westland 2023. Over het aanspreken van de post onvoorzien vindt achteraf verantwoording plaats in de tussentijdse rapportages dan wel de jaarstukken.

Stelpost loon- en prijscompensatie

De huidige cao loopt af op 31 maart 2025. De loonkostenbudgetten voor 2025 zijn afgestemd op deze cao. De loonontwikkeling na 31 maart 2025 is nog onzeker. Totdat er een nieuwe cao ten behoeve van de loonontwikkeling in 2025 is afgesloten, gaan wij uit van een stelpost gebaseerd op de geraamde loonontwikkeling door het Centraal Planbureau (CPB).

Ten aanzien van de verwachte inflatie in 2025 wordt de verwachting van het CPB gevolgd met betrekking tot de consumenten prijsindex (CPl) en de materiële overheidsconsumptie, zoals deze in de meicirculaire staan.

Stelpost uitkering plafond BCF

Voor een nog te ontvangen afrekening op de onderschrijding van het Btw-compensatiefonds (BCF) is in de begroting 2025-2028 een stelpost opgenomen. Deze stelpost is gebaseerd, conform het standpunt van de provincie Zuid-Holland, op de laatste afrekening van het BCF (2023).

Stelpost Sociaal domein/jeugd

Rijk en VNG hebben in het voorjaar van 2022 afspraken gemaakt over incidentele middelen jeugdzorg. Onderdeel hiervan is de hervormingsagenda met maatregelen waarmee het jeugdstelsel op de lange termijn beter houdbaar wordt.

Aan de individuele gemeenten is het toegestaan om in de begroting vanaf 2026 een stelpost op te nemen voor de nog te ontvangen financiële middelen als gevolg van de hervormingsagenda van de Commissie van Wijzen. De middelen vanwege de hervormingsagenda tot en met 2025 zijn al ontvangen via eerdere gemeentefondscirculaires

In het coalitieakkoord Rutte IV is vanaf 2025 een besparing van € 500 mln. in het kader van de Hervormingsagenda Jeugdzorg oplopend naar structureel € 511 miljoen vanaf 2027 opgenomen. Het rijk heeft zicht garant gesteld voor de invulling deze structurele korting.

De VNG is fel gekant tegen deze korting, aangezien het onwaarschijnlijk is dat er mogelijkheden zijn voor de invulling hiervan. De VNG heeft de gemeenten dan ook geadviseerd om de korting niet te verwerken in de begrotingen, omdat het rijk garant staat.

In ons meerjarenperspectief is dan ook een stelpost opgenomen voor (het toch uitkeren van) deze korting.

In de meicirculaire 2024 is de korting 2025 van € 500 mln. weer ongedaan gemaakt, aangezien er geen maatregelen zijn gerealiseerd die deze korting kunnen rechtvaardigen.

In het akkoord van de nieuwe coalitie is het structureel schrappen van de korting tot € 511 mln. opgenomen. Wij hebben via de opgenomen meerjarige stelpost al hier op geanticipeerd.